't Is me niet altijd duidelijk. Is het erg, dat precies familie zich dingen tegenover me veroorlooft die 'k niet verdraag? Is het enkel omdat 't familie is dat ik telkens toch maar weer bijdraai? Ben ik dan – tegen mijn vermoeden in – toch zo betrekkelijk traditioneel ingesteld, dat ik elke keer denk:”Ach ... Waarom niet bijleggen?”? Of ben ik even vergevensgezind tegenover niet-familieleden, maar veroorloven die anderen zich niet zo veel? Zou weinig familieleden hebben ertoe bijdragen dat je veel slikt?
Ik heb een oma; de moeder van mijn moeder. Die oma had veel broers en een zus – waarvan er nog enkele in leven zijn - en die hebben zelf veel kinderen en die hebben ook weer veel kinderen. Ik heb zelden of nooit contact met hen, dus tellen ze voor mij niet mee als 'familie'. Misschien leeft mijn vader nog. Maar daarvan ben ik niet op de hoogte.
Als puber (al) zei ik dat 't niet verwonderlijk is dat je met familie niet op kan schieten, omdat je ze niet zelf kiest en er dus geen enkele reden is waarom je 'compatibel' met hen zou zijn. Maar is dat misschien niet net het bijzondere aan familie? Dat 't de enige mensen zijn waar je om geeft en voor wie je bereikbaar blijft, ondanks je eigenlijk helemaal niets méér met hen deelt als een bloedlijn.
Vandaag zei een vriend van me dat hij zowat de enige is die erin slaagt zijn vader ertoe aan te zetten zijn mening eventueel te herzien. “Hij heeft me ooit 13 jaar niet gezien. Tegen mij gaat hij niet rap “Rot op!” zeggen.” verklaarde hij lachend. Ik dacht spontaan aan mijn moeder die drie jaar geen contact had met oma. En daarna vroeg ik me af hoelang ik zelf weg zou blijven. Als oma over de schreef gaat en oma komt enige tijd later schoorvoetend terug, draai ik uiteindelijk vrij snel bij. Maar of de band er dan weer wat sterker of nog meer beschadigd door geworden is, weet ik niet. Neen, 't is me echt niet altijd duidelijk.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten