Je hoort, op klaarlichte dag, gefrutsel in 't slot van uw voordeur. Wat doe je?
E ging naar de deur en ik ging mee ...
E opent de deur. Voor ons staat een jonge veertiger met een sleutel in de hand.
E:”A wel! Wat is de bedoeling?” (zeker van zijn stuk)
X:”Ik wil binnen.” (geschrokken, verwonderd én overtuigd van zijn gelijk)
E:”Just niks van! Wat hebde gij hier binnen te zoeken?!” ('dat is er nog op zeg!' denkend)
X:”Ah ... Ik heb dat hier gehuurd.” (verbouwereerd)
Ik:”Ooh! Maar dan moete gij hiernaast zijn!” (opgelucht, lachend)
X:”Oei!! Excuseer!!!” (gegeneerd)
E:”Ah ... ok ... ja ...” (gerustgesteld, maar toch licht onder de indruk van het bizarre gevoel)
We wonen in een oud herenhuis en de gevel van het huis naast ons is identiek aan de onze, maar het andere pand werd in studio's verdeeld.
E stapt achteruit om de deur te sluiten. Ik doe ze terug open, steek mijn hoofd buiten en kijk naar X tot deze terugkijkt.
Ik:”Wel euh ... Aangename kennismaking hé.”
E, X, de man in verhuiswagen en ik schieten in de lach.
man in verhuiswagen tegen X:”Wat is er? Verkeerde deur of wa?”
X:”Ja ... Nu weet ik waarom de sleutel niet paste.”
man in verhuiswagen tegen E en mij:”Moet ik het bij jullie binnen steken?”
Ik:”Bwa ja ... kom.”
In de vrachtwagen stond een splinternieuwe, felroze, stoffen salon. De man maakt wel meer vergissingen, heb ik de indruk.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten